AI-deskundige Marleen Stikker: ‘Uiteindelijk draait het om macht’

HUMAN/NPO ©

Het gaat sneller dan we denken. Generatieve AI schrijft, tekent en componeert, maar beïnvloedt vooral onze taal en verbeelding. “Als we niets doen, leggen we onze culturele productie volledig in handen van Big Tech,” zegt Marleen Stikker, directeur van Waag Futurelab. Volgens haar is dit hét moment voor de culturele sector om positie te claimen. Wat staat er op het spel, en welke rol kan publiek eigenaarschap spelen?

Interview tussen Marleen Stikker (Waag Futurelab) en Nanja van Rijsse (De Creatieve Coalitie).

Explainer: Hoe taalmodellen gestuurd worden

Achter elk taalmodel gaat een reeks keuzes schuil: welke data worden verzameld, wat wordt weggefilterd, welke regels gelden, en hoe sturen menselijke beoordelaars het gedrag? Samen vormen die keuzes een vorm van cultuurpolitiek: niet democratisch vastgesteld, maar bepaald door een handvol bedrijven. Vergelijk het met de censuur op vrouwentepels op Instagram. Bedrijven bepalen zo welke normen de standaard worden.

U zegt dat het nu of nooit is. Waarom is dit zo’n urgent moment?

“Generatieve AI wordt gepresenteerd als onafwendbaar. Grote bedrijven zeggen: dit is de toekomst, wen er maar aan, het is efficiënter en productiever. Maar voor wie eigenlijk? Wie profiteert? Als we niets doen, ligt onze culturele productie straks volledig in handen van Big Tech. Punt. Deze systemen zijn betekenismachines, ontworpen door Amerikaanse bedrijven met hun eigen culturele en politieke blik. Ze zijn dus allesbehalve neutraal.”

Wat staat er dan concreet op het spel?

“Dat we ons cultuurgoed uit handen geven. Nederlanders gebruiken vrijwel uitsluitend Amerikaanse taalmodellen, zoals ChatGPT. Zulke modellen zijn waarden-gedreven: ze bepalen welke woorden en beelden toegestaan zijn, vanuit welk perspectief antwoorden.”

 

“Generatieve AI is cultuur, geen data”

 

Veel mensen zien AI nog als pure technologie. U noemt het cultuur. Waarom?

“Omdat het niet om ruwe data gaat, maar om betekenis. Zoals een auteur zei: “als het alleen om data ging, had je een woordenboek gebruikt.” Generatieve AI draait op verbanden en betekenissen. Het is levende cultuur die voortdurend wordt gesynthetiseerd. Het is dus culturele productie en daarmee een culturele industrie.”

Dus de sector kan dit domein ook claimen?

“Ja. Tot nu toe is de houding vaak defensief, bijvoorbeeld rond auteursrecht. Logisch: de sector wordt beroofd, het is de grootste culturele diefstal van de eeuw. Maar het gevaar gaat verder. Wie nu de regels bepaalt, bepaalt straks ook wat we onder creativiteit en leren verstaan. Daarom moet de sector niet alleen verdedigen, maar ook zelf ontwikkelen en mede-eigenaar worden.”

De AI-industrie is nu vooral in handen van een paar grote bedrijven. Hoe zou het beter kunnen?

“Eigendom en regels moeten vanuit publieke waarden worden georganiseerd, niet door de kapitaalmarkt. Er zijn goede voorstellen, zoals het whitepaper van de Open Future Foundation over ‘public AI’.”

Explainer: Commons

Commons zijn gedeelde hulpbronnen, beheerd door een gemeenschap met oog voor duurzaamheid en publieke meerwaarde. Denk aan een voedselcoöperatie van boeren en consumenten, of een digitale collectie van cultureel erfgoed. Bekend voorbeeld: Creative Commons.

Gebeurt dat al in Nederland?

“Ja. Er wordt gewerkt aan GPT-NL, een Nederlands taalmodel, met TNO, SURF en de Koninklijke Bibliotheek. Dat laat zien dat publiek innoveren kan. Ik geloof in collectieve vormen van eigenaarschap, zoals verenigingen, stichtingen en coöperaties. Private bedrijven mogen best meedoen, maar de kern moet in handen zijn van een commons.”

Zijn we nog op tijd?

“Zeker. Modellen worden continu getraind, dus er is ruimte om in te grijpen. Het gaat niet alleen om meer data, maar om de kwaliteit. GPT-NL wordt getraind op hoogwaardige content en levert daardoor betere output – met bovendien een kleinere ecologische voetafdruk.”

 

Hoe claimen we de toekomst?

 

Wat kan de culturele sector nu concreet doen?

“Allereerst: samenwerken. Niet ieder voor zich: tekst apart, beeld apart, muziek apart, maar als collectief. Stel een innovatieagenda op: wat wil je met AI, en wat juist niet? Zet in op rechten en compensatie. Denk aan een regeling zoals het thuiskopiefonds, zodat culturele producties gefinancierd worden uit de deals die je maakt. En doe dat sectorbreed, want disciplines lopen steeds meer in elkaar over.”

Explainer: Thuiskopiefonds

Voor privégebruik van beschermd materiaal betalen consumenten een heffing. De opbrengst gaat naar makers. Een vergelijkbare regeling kan ook gelden voor AI: als modellen bestaand werk gebruiken, moeten makers worden gecompenseerd.

U waarschuwt dat de sector niet zomaar deals moet sluiten. Waarom niet?

“Techbedrijven jagen op data. Ze roven het internet leeg. Wie nu een snelle deal maakt, raakt zeggenschap en rechten kwijt. Organiseer je dus goed, regel governance en compensatie, en maak afspraken met publieke initiatieven zoals GPT-NL.”

En individuele makers, wat kunnen die nú doen?

“Twee dingen. Eén: bescherm je content en doe dat collectief (red. bijvoorbeeld via Opt Out Now). Twee: meng je in onderzoek. Makers hebben unieke kennis om te reflecteren op wat AI is en betekent. Bij de Waag lopen programma’s zoals Hamlet, een open lab rondom AI met kunstenaars. Artistiek onderzoek bouwt kennis op en geeft richting.”

Overheden investeren inmiddels honderden miljoenen in AI. Wat zou er geregeld moeten worden?

“Dat geld moet terugvloeien. Als er bijvoorbeeld een AI-fabriek in Groningen komt, moet een deel van de opbrengsten naar makers en werkenden. Tegelijk moeten rechten en zeggenschap goed zijn vastgelegd. De creatieve sector hoort mee te doen: als ontwikkelaar, leverancier, beheerder en medeprofiteur.”

Toch leeft er veel angst om banen te verliezen. Wat zegt u tegen makers die zich zorgen maken?

“Die angst is begrijpelijk. Daarom is het belangrijk om te experimenteren en te ontdekken wat AI wel en niet kan. Voor organisaties geldt: investeer in mensen. Het is strategisch onverstandig om personeel te vervangen door software. Dan word je afhankelijk en verlies je autonomie. Beter is het om te investeren in bij- en omscholing, zodat teams bewuste keuzes kunnen maken.”

We horen steeds meer over AI-agents die zelfstandig taken uitvoeren. Hoe kijkt u daartegenaan?

“Dat wordt Agentic AI genoemd. Het klinkt handig: het regelt alles voor je. Maar je geeft die systemen toegang tot je sociale media, financiële data, wachtwoorden. Waarom zou je die zeggenschap weggeven?”

Ik denk dan aan een scenario waarin een subsidieaanvraag door een AI wordt geschreven en door een andere AI wordt beoordeeld. Is dat reëel?

“Het klinkt absurd, maar het is niet ondenkbaar. En dan ben je toch met iets heel geks bezig. Een ander probleem: we schrijven AI emoties en bewustzijn toe die er niet zijn. Generatieve AI is een waarschijnlijkheidsmachine, geen bewust wezen.”

Waar moeten makers en organisaties nog meer alert op zijn?

“Vooral op bias en eigenaarschap. Als je naïef bent, verdwijnen straks woorden of beelden uit de taal. Veel bedrijven achter AI worden gedreven door aandeelhouders met extreme ideeën over de toekomst. Dat geeft een vertekend beeld van cultuur. Technologie is nooit neutraal; ze wordt voortdurend bijgestuurd vanuit een ideologie.”

In Silicon Valley wordt vaak gesproken over AGI: kunstmatige algemene intelligentie. Hoe kijkt u daarnaar?

“AGI is fictie. Sommigen beweren dat we er al bijna zijn, maar dat is nonsens. Het gevaar zit in de ideologie erachter, die bijna religieus is. Mensen gaan erin geloven en richten beleid ernaar in. Voor je het weet, stoppen we miljarden in private bedrijven die onze processen willen beheren. Uiteindelijk gaat het om macht. Een klein aantal bedrijven, gedreven door kapitaal en ideologie, bepaalt straks infrastructuur, regels en betekenis. Als je mensen vervangt door software, word je afhankelijk en lever je autonomie in. Wie eigendom en beheer heeft, bepaalt uiteindelijk wat wij onder creativiteit, leren en zelfs mens-zijn verstaan.”

 

“AI is óók cultuurgoed”

 

Wordt dit in Den Haag voldoende gezien?

“Nee. In Nederland wordt AI vooral als economische kans benaderd. De culturele en sociale dimensie ontbreken. Binnen het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap is het zelfs onduidelijk wie verantwoordelijk is. Het wordt niet als cultuurgoed behandeld, en dat is een groot gemis.”

Wat is er nodig?

“Zeggenschap. Wie ontwerpt, wie stelt de regels, wie profiteert? Betrek de culturele sector als mede-ontwikkelaar en medebeheerder van publieke modellen en infrastructuur. Zorg voor compensatie en governance. Zie AI óók als cultuurvraagstuk, en regel dat in beleid en wetgeving.”

Generatieve AI gaat dus niet alleen over technologie. Het gaat over cultuur, macht en zeggenschap?

“De keuze is nu. Organiseer je als sector, neem eigenaarschap, bouw mee aan publieke modellen. Doen we dat niet, dan verliezen we de grip op hoe we betekenis maken, vertellen en verbeelden.”

 

MARLEEN STIKKER: ZES DIMENSIES WAARAAN TECHNOLOGIE GETOETST MOET WORDEN

  • Wie ontwerpt? Dit gaat over wie er aan tafel zit. Het is een fundamentele vraag. Het zou een breed gezelschap van partijen moeten zijn en niet alleen de Tech-industrie zelf.

  • Waar optimaliseer je voor? Voor welke wereld optimaliseer je? Welke belangen gelden er? Als je alleen optimaliseert voor productiviteitswinst, help je de belangen van de aandeelhouders. Hier moet je je ook afvragen wat optimaliseren betekent, wat versta je onder een goed leerervaring, wat betekent creativiteit?

  • Eigendom. Dit gaat over de eigenaar, hoe is het eigendom georganiseerd? Hier komen dus de commons om de hoek kijken. Eigenaarschap zou meer maatschappelijk georganiseerd moeten zijn.

  • Beheer. Hoe beheer je de technologie? Dat kan dus ook via andere constructies dan aandeelhouderschap. Bijvoorbeeld in een publiek-civiele combinatie, collectieve vormen van beheer en eigenaarschap.

  • Wetten & regels. Dit gaat over mensenrechten, grondrechten, de regels en rechten die we hebben binnen onze rechtsstaat. Dat moet je respecteren in je ontwerp.

  • Planetaire grenzen. Je hebt de invloed op klimaat, natuur en milieu in acht te nemen in het ontwerp en gebruik van de technologie.


Om de impact van generatieve AI in kaart te brengen op jouw beroepspraktijk, vragen wij je mee te doen aan de AI-peiling.

VUL DE PEILING IN

 
Vorige
Vorige

Werken met AI: hulpmiddel, geen vervanger 

Volgende
Volgende

Oproep aan politieke partijen: kies voor een eerlijke en beschermde sector